Weer Servicedienst Leeuwarden/Wytgaard

De servicedienst voor al uw weersinformatie!
 



HET WEER,
NADER VERKLAARD
de (oudere) verhalen zijn soms niet meer helemaal up to
date, onze excusses daarvoor, red.

Noord-Atlantische oscillatie
(zachte of koude winters?)

Wat Dow Jones is voor de beurs, is de NAO-index
voor het weer. De Noord-Atlantische Oscillatie, waar
deze afkorting voor staat, is een maatstaf voor het
verschil in luchtdruk tussen de depressie bij IJsland
en het hogedrukgebied bij de Azoren. Als de IJsland-
depressie niet diep is en het Azorenhoog niet sterk,
dan is het verschil in luchtdruk op de Atlantische
Oceaan relatief klein en de NAO-index laag. Onder
die omstandigheden, met geringe drukverschillen,
is de straalstroom, een van west naar oost gerichte
luchtstroming op zo'n tien kilometer hoogte, minder
sterk. Slechtweergebieden en stormen die, veelal via
de straalstroom naar West-Europa worden gevoerd,
buigen dan naar zuiden af. Het gevolg is dat Noord-
Europa relatief droog weer heeft, terwijl Zuid-Europa
regen en wind krijgt. De NAO-index blijkt vooral in de
wintermaanden van belang te zijn voor het weer in
Europa. In de jaren tachtig en de eerste helft van de
jaren negentig was de index hoog en hadden we
een serie heel zachte winters. In 1996 is de NAO-
index flink gezakt, van +2.44 in de winter van 1995
tot -2.32 in de winter van 1996. Het gevolg was een
koude winter en droogte in Noorwegen. In Nederland
is de temperatuur relatief laag bij een lage NAO-
index en hoog bij een hoge index. Daarna is de NAO
weer fors opgelopen tot zelfs +1.85 in de winter van
2000. De sterk wisselende maar zachte winter van
2001 gaf weer een negatieve index te zien van -0.50,
de zeer zachte winter van 2002 een positieve index
van +0.79. De winter van 1996 was de enige koude
van de laatste jaren toen, wat correspondeert met de
laagste NAO-index. De winter van 1997 was welis-
waar aan de koude kant, maar dat kwam door een
extreme koudegolf rond de jaarwisseling;
daarna was het juist extreem zacht.

Uit onderzoek blijkt dat de NAO-index zich grillig
gedraagt, soms kan de index na een paar weken
geheel veranderen, maar er zijn ook langere perio-
des van soms tien jaar met een vrijwel constante
index. Vandaar dat we soms periodes hebben met
een hele serie zachte winters en dan weer een
aantal koudere winters op rij. Onderzoekers op het
KNMI proberen er achter te komen waardoor die
variaties kunnen optreden. In dat onderzoek speelt
de uitwisseling van warmte en vocht van de Oceaan
met de atmosfeer een belangrijke rol. Het gaat om
uiterst ingewikkelde processen die in computermo-
dellen worden beschreven. Ook wordt onderzocht of
de NAO-index voorspeld kan worden, waarmee dan
een basis wordt gelegd voor seizoensvoorspel-
lingen. Vanwege het grillige gedrag van de index zal
dat altijd een hachelijke zaak blijven.

 

KNMI / Weer Servicedienst Leeuwarden/Wytgaard