HET
WEER,
NADER VERKLAARD
de (oudere)
verhalen
zijn soms niet meer helemaal up to date,
onze excusses daarvoor,
red.
Satelliet
getoetst met grondmetingen
Instrumenten aan boord van satellieten kunnen wereldwijd
metingen doen,
maar de kwaliteit van de
metingen
moet
goed in de gaten worden gehouden.
Instrumenten die in de
ruimte hun
werk doen
verouderen en kunnen
niet
opnieuw
of alleen indirect worden afgeregeld. Daarom zijn metingen
aan de
grond en lange
meetreeksen
van het grootste
belang om de kwaliteit van
satellietmetingen op peil te
houden. Zowel in De Bilt als op het
terrein bij de
213 meter
hoge meetmast in Cabauw
bij Lopik verricht
het
KNMI
metingen
waarmee de kwaliteit
van satellietgegevens kan
worden getoetst.
De meetmast
Cabauw is onderdeel
van
een omvangrijk
internationaal
netwerk.
Zo worden vanaf
de grond onder meer
metingen verricht
van de hoeveelheid
stikstofdioxide (NO2). Het automatische instrument dat
daarvoor
wordt gebruikt
kijkt
onder verschillende
hoeken
naar de hemel. Het meet door de atmosfeer
verstrooid
zonlicht. De
precieze hoeveelheid stikstofdioxide
wordt
afgeleid
uit
de opname van
licht door dit gas.
In De Bilt vinden
ook dagelijks ozonmetingen
plaats vanaf
de
bodem.
Daarnaast wordt wekelijks een
speciale weer-
ballon opgelaten
uitgerust met
een extra
sensor die
ozon
in
de
lucht kan meten.
Inmiddels is ook een sensor
ontwikkeld
die met
de weerballon kan worden meegestuurd
om de
hoe-
veelheid
stikstofoxide te meten.
Dankzij dit meetinstrument
kan worden gemeten
hoe de
hoeveelheid
stikstofoxide
verandert met de hoogte.
Stikstofoxide is
een gas dat een
belangrijke rol speelt bij luchtverontreiniging. De meet-
gegevens die op deze
manier worden
verkregen zijn niet
alleen
van belang voor
het beter begrijpen en
testen
van
satellietmetingen
maar ook
voor het
maken
en toetsen
van
verwachtingen van de luchtkwaliteit.
De satellietgegevens
worden
verwerkt in
rekenmodellen op
basis waarvan
verwachtingen van de
luchtkwaliteit
worden gemaakt.
KNMI / Weer Servicedienst Leeuwarden/Wytgaard